woensdag 24 januari 2007

Literair Drinken

Gisteravond had ik een afspraakje met mijn twee oudste broers. We hadden nog nooit zoiets gedaan: afspreken in een eetcafé en gewoon beginnen te praten als broers-onder-elkaar. Een graficus/verzamelaar, een organisator/aankomend-wijnboer en een boekengek/verzamelaar. En alle drie houden ze wel van een wijntje. Na een paar borrels als voorafje kwamen de tongen los. En toen die eenmaal gesmeerd waren werden bij het eten 3 flessen wijn geconsumeerd. Waarna we het zuipen maar voortgezet hebben in een ander café.
Het blijft altijd intrigeren: hoe het edele vocht de tongen losmaakt en zelfs de meest schuchtere mensen (waar in dit geval overigens geen sprake van was) verleidt tot het vertellen van geheimen, het doen van bekentenissen of het maken van plannen. Toch: het was niet allemaal dronkemansgelul. (Alleen dat woord al!) Als je er niet zo'n houten kop van zou krijgen zou je het vaker moeten doen. Een avondje drinkebroers kun je, naar mate van de hoeveeelheid genuttigde alcohol in drie stadia indelen:
  • in stadium 1 wordt het leven inzichtelijker (waar staan we, wat doen we en waarom)
  • in het tweede stadium maakt het het leven overzichtelijker (want simpeler, waar zijn de problemen? Er zijn geen problemen! Dit is het stadium van de overmoed.)
  • en als laatste stadium 3, waarin het leven vooral doorzichtiger wordt (wie ons om 3 uur vannacht hoorde kon het haarscherp waarnemen - uitleg verder niet nodig).
Drie boeken waarin drank een hoofdrol speelt:
  • Het literair drinkboek - een bloemlezing uit de wereldliteratuur door John Müller (gebruik dit als fundgrabe om verder te lezen);
  • Venedikt Jerofejev (rusisch schrijver): Moskou op sterk water. Een hilarisch avontuur van een man die al treinend en drinkend volledig de weg kwijt raakt;
  • en het mooiste, wreedste, boek over alcohol ooit geschreven: Onze man in Havana van Graham Greene.
Proost!

zaterdag 20 januari 2007

In Memoriam: Yvonne Habets

Om 7 uur vanavond hoorde ik op Radio 1 het nieuws dat Yvonne Habets, programmamaakster, is overleden. Ik kan het nauwelijks geloven, maar het is uitgezonden, dus het zal zo zijn.... Op dit moment ben ik boos (op God): waarom zij, waarom zo'n aardig iemand, waarom zo jong - ze was pas 58. Overleden aan keelkanker...

Ik heb Yvonne een jaar of 15 geleden voor het eerst ontmoet -- ze was klant van mijn winkel omdat ze in de buurt woonde totdat ze een jaar of twee geleden definitief naar Spanje verhuisde. Ze kwam maar af en toe in de winkel, maar op een of andere manier raakten we altijd met elkaar aan de praat, ze zocht mijn contact als er ook ander personeel was, en was het supergezellig. We spraken over haar films, en vooral over emigreren, een thema waar zij -- onder andere vanwege persoonlijke betrokkenheid -- talloze films over heeft gemaakt. Ik droomde toen nog alleen over emigratie. Het grootste deel van haar journalistieke carrière werkte ze voor de Tros, later begon ze voor zichzelf. Het siert de Tros dat zij haar persoonlijke films uitzonden. Ze had even goed door de VPRO kunnen zijn uitgezonden.

Yvonne: rauwe stem, drankoogjes, sterk karakter, mannelijke bewegingen, voldeed aan veel clichébeelden die je over lesbo's kan hebben. Ze is in haar carrière absoluut tegenwerkt door haar eigenzinnige natuur en heeft waarschijnlijk ook last gehad van haar lesbo-zijn. Misschien juist daarom konden we het goed met elkaar vinden (niet dat ik lesbisch ben maar ook erg eigenzinnig).
Het is zó jammer dat ze niet langer van haar geliefde Spaanse huisje heeft kunnen genieten en dat die kutkanker haar vroegtijdig geveld heeft. Yvon, ik zal bloemen leggen op je graf, je was een fijn mens. Dank dat je in mijn bestaan gekomen bent. ;-)

zaterdag 13 januari 2007

Pakjesavond

Gisteren was het weer ouderwets pakjesavond in huize Bibliotheca Suavis Insula Liber.
Bij thuiskomst om acht uur 's avonds bleken 3 pakketten klaar te liggen. Ik sjouwde ze naar naar de biep, schonk een pilsje in en begon uit te pakken.

Uit Australië, van antiquariaat Pioneer Books, twee deeltjes met in totaal tien jaargangen van het Falkland Islands Journal. Sinds 1967 verschijnt dit periodiek dat tot doel heeft kennis over de Falklandeilanden voor een groter publiek ter beschikking te stellen. Heel groot kan dat publiek niet zijn, want deze deeltjes zijn behoorlijk zeldzaam en je moet er doorgaans diep voor in de buidel tasten. De boeken bevatten het Journal van 1967 tot en met 1976. Met het deel 1977-1981 dat ik al had uit de bibliotheek van de heer B. Büch te Amsterdam, ben ik nu dus compleet tot aan de Falklandoorlog! Heerlijke lectuur voor eilandgekken.
Uit Groot-Britannië -- de Falklands zijn een zelf-besturend overzees territorium van Engeland en telt zo'n 2900 inwoners alsmede een paar honderduizend schapen [wat dat betreft lijkt het wel een beetje op Texel ;-) ] -- was er een pakje met het boek A little piece of England van Andrew Gurr. Deze schrijver was vanaf 1994 5 jaar lang chief executive van de Falklands en schreef er een prachtig dik boek over.

Tot slot werd ik (uiteindelijk) reuze blij met een zending van de Evangelische Omroep met de eerste tien DVD's van de prachtige treintjes-serie Rail Away. Ik had er maar liefst 45 dagen op moeten wachten omdat de logistiek in Hilversum kennelijk nog niet zo ver ontwikkeld is als die in Australië (het eerstgenoemde pakje was namelijk slechts 12 dagen onderweg) of Engeland (dat pakje deed er eveneens 12 dagen over).

Eerder deze week waren er nog een zending van Bol.com met de DVD Paris, Texas van Wim Wenders, een van de allerbeste films ooit gemaakt in mijn opinie en een grote boekenzending uit Kent, Engeland met 3 boeken waaronder een zeldzaam boek van Ernest A. Savage, getiteld The Libraries of Bermuda, the Bahamas, the British West Indies, British Guiana, British Honduras, Puerto Rico, and the Amerian Virgin Islands: A Report to The Carnegie Corporation of New York (1934). Voor de Carnegie Corporation (Carnegie was een Amerikaanse weldoener die miljoenen schonk aan landen om bibliotheken op te richten) reisde hij in de jaren dertig van de vorige eeuw tientallen eilanden af om de staat van de bilbiotheken aldaar te beschrijven.
Dankzij hem weten we dat de openbare bibliotheek in St. Lucia in 1931 in totaal 1275 boeken telde, dat het totaalbudget voor dat jaar 55 pond bedroeg en dat er 140 uitleners waren geregistreerd. Er werd 1 pond besteed aan het opnieuw binden van boeken, 21 pond aan tijdschrift-abonnementen en 18 pond aan salarissen. Aan het eind van zijn boek geeft hij tenslotte enkele recepten om boeken tegen de vernietigende invloeden van de tropen te beschermen: chemische mengseltjes waarmee je boekenruggen moet insmeren om ze minder lekker te maken voor de plaatselijke insecten, boekwurmen en kakkerlakken.
Na het lezen van dit heerlijke geschrift ben ik voorgoed genezen van plannen om nog te emigreren naar een warm land. Tenzij ik een geklimatiseerde bunker voor de boeken kan kopen.... Maar om dat ideaal te bereiken moet ik eerst minder boeken kopen!